Afmeting radiatoren.

Gerrit.

  • #1
Op het forum lees ik over de juiste afmeting van de radiatoren.
Wat is het nadeel van te grote radiatoren, met uitzondering van de aanschafkosten.
Als ik er thermostaatkranen opzet regelen deze toch de temperatuur per vertrek.
Ik heb altijd begrepen dat een lage watertemperatuur beter was voor het rendement van de ketel.
 

Fiesiekus

  • #2
Correct. Wel rekening houdend met het totaal vermogen van de ketel; als dat overschreden wordt is er misschien kans dat andere vertrekken achterblijven.
 

Utreg

Vaste Beantwoorder
  • #3
Met te grote radiatoren hoeft het vermogen van de ketel niet zo groot te zijn.
 

Gerrit.

  • #4
Utreg, wat bedoel je met hoeft de ketel niet zo groot te zijn???

Ons huis is in totaal 425 M\3, redelijk geïsoleerd H.R ++ glas.
Hier wil ik een +/- 24kW combiketel plaatsen.
Er zit al gedeeltelijk vloerverwarming, alleen op de slaapkamers wil ik nu radiatoren plaatsen.

Als ik nu reken met 80W per m\3 voor de radiatoren moet het toch redelijk goed komen.
 

Fiesiekus

  • #5
Utreg bedoelt: als de radiatoren overgedimensioneerd zijn, hoeft de ketel niet net zo overgedimensioneerd te zijn. Die 24 kW is oke.
 

Chathanky

  • #6
Met grotere radiatoren kan je cv temperatuur omlaag maar dan moet wel het hele cv systeem op aangepast worden muv. de vloerverwarming want die is al aangepast op een lage temperatuur.

Als je de cv temperatuur verlaagt dan neemt het afgegeven vermogen van de radiator af en is een grotere ketel niet nodig.
Als je 80watt/m3 nodig zou hebben blijft dit ook met een lagere keteltemperatuur hetzelfde. De radiatoren aanpassen op de temperatuur is de maatregel. Het ketelvermogen blijft gelijk.
 

Gerrit.

  • #7
Chathanky, Het vermogen van een radiator wordt opgeven bij een bepaalde temperatuur.
Als ik de temperatuur 10% lager maak dan opgegeven wordt het vermogen van de radiator dan ook 10% lager??.
Of is hier een moeilijke formule voor.
 

Fiesiekus

  • #8
Bij zulke geringe verschillen (10%) zal dat redelijk opgaan.
 

Chathanky

  • #9
Daar is een formule voor. Het is in iedergeval niet lineair.
Voor de meeste radiatoren geld een ^1,3 Waardes liggen tussen 1,24 tot 1,34. De waardes worden door de fabrikant opgegeven.

Dit is de formule: Vervangend temperatuursregime = p (delta t vo1/delta t vo2 )^1,3x(vermogen radiator in watts)

Duidelijk? :mrgreen:

Kleine uitleg wel op zijn plaats.
Neem het temperatuursregime opgegeven door de fabrikant ( meestal 75/65-20) De laatste getal is de omgevingstemperatuur.(50 graden gemiddelt)
Dan wat je wenst bv 50/40-20. (25 graden gemiddelt)
Radiator is in dit voorbeeld 1000 watt volgens fabrikant en de gegevens van de 75/65-20

25/50 ^1,3 x 1000 = 406 watt.

Je kunt hier nog wat lezen hoe het berekend wordt.

EN442: de nieuwe norm voor radiatoren en convectoren
Met ingang van 1 januari 2002 wordt in Belgik, Nederland en Luxemburg een nieuwe norm voor het meten van de warmte-afgifte van verwarmingslichamen ingevoerd. De nieuwe norm, de EN442, maakt een einde aan de verschillende normen, die de laatste jaren in de Benelux-landen werden gehanteerd. In de meeste Europese landen wordt al enkele jaren volgens de EN442 gemeten en gepubliceerd. Belgik, Nederland en Luxemburg sluiten zich per 1 januari 2002 bij deze norm aan, zodat er in heel Europa iin uniforme methode voor de bepaling van de warmte-afgifte van radiatoren en convectoren wordt gebruikt.

De EN442 is van belang voor warm water radiatoren en convectoren, die in centrale verwarmingssystemen gebruikt worden. Het vermogen van radiatoren is namelijk iin van de belangrijkste parameters voor de berekening van een centrale verwarmingsinstallatie. In de ontwerpfase van een installatie worden de warmte-afgiftecijfers gebruikt om er zeker van te zijn, dat de gekozen verwarmingslichamen toereikend zijn voor de benodigde warmtebehoefte in een bepaalde ruimte. Voor de markt is de warmte-afgifte daarnaast een goed hulpmiddel om de Wattprijs te kunnen inschatten.
De consument zal overigens weinig van de invoering van de nieuwe norm merken. Alleen de temperatuur van de verwarmingslichamen zelf wordt lager. Dat is niet alleen veiliger en aangenamer, maar het gebruik van een lagere temperatuur is bovendien energiezuinig en milieuvriendelijk.

De nieuwe norm meet de warmte-afgifte bij een aanvoertemperatuur van 750C; een retourtemperatuur van 650C en een ruimtetemperatuur van 200C. Dat betekent een zogenaamde overtemperatuur (het gemiddelde temperatuursverschil tussen het verwarmingslichaam en de omgeving) van 50 graden. Voorheen was dat 60 graden.

De nieuwe catalogi en technische publicaties van de fabrikanten van verwarmingslichamen in de Benelux, die door ontwerpers en installateurs van verwarmingsinstallaties gebruikt worden, zijn met ingang van het najaar van 2001 al op de nieuwe normen gebaseerd. Ook de toonaangevende fabrikanten van designradiatoren stappen over op de nieuwe norm.

De nieuwe berekeningsmethode
De fysieke eigenschappen van verwarmingslichamen veranderen door de nieuwe norm uiteraard niet. Door de nieuwe normtemperatuur van 75:/65:/20: volgens de EN442 veranderen echter wel de gepubliceerde warmte-afgiftecijfers. De veranderingen als gevolg van de nieuwe norm komen tot uiting in de T, waarmee het gemiddelde verschil tussen de watertemperatuur in de radiator en de lucht er omheen wordt aangegeven.

Radiatoren geven een verschillend vermogen af, afhankelijk van de aanvoer- en retourtemperatuur. De T wordt berekend door het rekenkundige verschil tussen de aanvoer- en retourtemperatuur van het warme water in de verwarming en de lucht er omheen. Als standaard gold doorgaans een T60, waarbij de warmte-afgifte werd gemeten bij een aanvoertemperatuur van 900C; een retourtemperatuur van 700C en een ruimtetemperatuur van 200C. Dat betekende een overtemperatuur van 60 graden.
De EN442, die op 1 januari 2002 van kracht wordt, definieert het nominale vermogen als de warmte-afgifte van een radiator met een T50. De normtemperaturen volgens de EN442 zijn een aanvoertemperatuur van 750C, een retourtemperatuur van 650C, een ruimtetemperatuur van 200C en een nieuwe overtemperatuur van 50 graden.

(750 + 650) - 200= 700 - 200 = 50 graden
2

Catalogi
Ontwerpers van installaties en installateurs hebben technische catalogi van de fabrikanten tot hun beschikking, waarin het vermogen van de bestaande typen aangegeven staat. Met de inwerkingtreding van de EN442 moeten niet alleen alle metingen volgens de Europese norm uitgevoerd worden, maar moeten ook alle aanduidingen in de catalogi en in technische publicaties vanaf die tijd op de nieuw norm gebaseerd zijn.
De fabrikanten van warm water radiatoren en convectoren in de Benelux-landen zullen in hun nieuwe catalogi, die in de tweede helft van 2001 verschijnen, al overstappen op de nieuwe norm.

Andere temperaturen
In de praktijk wordt er natuurlijk ook met andere temperaturen dan 75/65/20 gewerkt. Om de warmte-afgifte van radiatoren en convectoren bij andere temperaturen te bepalen, moet er van de temperatuur, die voor de norm gebruikt is, naar de warmte-afgifte voor de werkelijke temperatuur omgerekend worden. Deze andere waarden worden door de fabrikanten van paneelradiatoren bepaald door de normafgiftes lineair om te rekenen met een vaste, gemiddelde n-factor van 1,3. Voor deze omrekenmethode is gekozen omwille van eenvoud en vergelijkbaarheid. In de praktijk is deze omrekenmethode doorgaans goed bruikbaar. Voor een nauwkeurige bepaling van de afgifte bij andere temperaturen verwijzen de fabrikanten naar ISSO-publicatie 66: 'Vermogen van radiatoren en convectoren in praktijksituaties'. Indien de aanvoertemperatuur van het gewenste temperatuurregime lager is dan 50 graden Celsius of als het verschil tussen aanvoer- en retourtemperatuur groter is dan 20 graden (dit laatste is doorgaans het geval bij stadsverwarming) adviseert ISSO, om voor het omrekenen naar andere temperatuurregimes gebruik te maken van de 'radiatorgrafiek'. Daarnaast voorziet ISSO 66 in een correctie van het vermogen onder niet-genormeerde opstellingen; bijvoorbeeld onder vensterbanken, in nissen en achter aftimmeringen.
In Belgik zal het Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf (WTCB) eind van het jaar een publicatie over afwijkende temperaturen verzorgen.

Voor convectoren en designradiatoren gelden overigens andere n-waarden. Die worden door de fabrikanten in hun catalogi vermeld.

Proefopstelling
Door de introductie van de EN442 worden uniforme eisen gesteld aan proefopstellingen voor het meten van de warmte-afgifte en voor de bepaling van andere kwaliteitskenmerken van verwarmingslichamen. In heel Europa bestaat er met ingang van 1 januari 2002 nog maar iin geldige meetmethode. Het meten van de warmte-afgifte door een warm water radiator gebeurt nu door de radiator te plaatsen in een gesloten, standaard testcabine van 4 x 4 x 3 meter. De radiator wordt vrij langs een wand opgesteld. Alle wanden van de cabine -behalve de wand achter de radiator- worden met behulp van water zodanig gekoeld, dat de temperatuur in de cabine constant 20 graden Celsius bedraagt. De radiator wordt verwarmd door water met een standaard aanvoertemperatuur van 75 graden en een retourtemperatuur van 65 graden.

Meer duidelijkheid door uniforme regels
De nieuwe Europese norm, de EN442, maakt een einde aan de verschillende meetgegevens in de Europese landen. Elke fabrikant moest namelijk -als hij zijn producten in meerdere Europese landen op de markt wilde brengen- de verwarmingslichamen volgens de nationale normen laten meten. Omdat in elk land verschillende normen en testopstellingen gebruikt werden, waren de uitkomsten onderling haast niet te vergelijken. Van iin type verwarmingslichaam bestonden er hierdoor verschillende warmte-afgiftecijfers.

Standaardisatie
Door de eenwording van de Europese markt werd het noodzakelijk, om gemeenschappelijke standaards te ontwikkelen voor alle landen. In het begin van de jaren negentig heeft het CEN (Comiti Europien de Normalisation) de aanzet gegeven tot een Europese standaardisatie in de verwarmingsbranche. In het CEN zijn de nationale instituten voor normalisatie/standaardisatie van diverse landen vertegenwoordigd. Voor de Benelux zijn dat het Nederlands Normalisatie-instituut (NEN) in Delft, het Belgisch Instituut voor Normalisatie (BIN) in Brussel en de Service de l'Energie de l'Etat (SEE) van het Organisme Luxembourgeois de Normalisation in Luxemburg.
Binnen de CEN heeft men voor verwarmingslichamen de Europese norm 442 (kortweg EN442) vastgesteld. Deze vervangt de oude normen als de NBN236, de NBN D13-001 en de DIN 4704. De EN442 is in 1997 in Europees verband officieel bekrachtigd en de afgelopen jaren al in achttien Europese landen ingevoerd, al dan niet omgeven door een wettelijk kader. Ook de testlaboratoria voor verwarmingslichamen zijn in de verschillende landen aan de nieuwe norm aangepast en geijkt. Door de certificerende instituten wordt erop toegezien, dat afgiftepublicaties daadwerkelijk volgens de EN442 plaatsvinden.

Nieuwe normtemperatuur
Daarnaast ontstond er behoefte aan een nieuwe rekentemperatuur, omdat er bijvoorbeeld voor lagere temperaturen al steeds vaker van het 'oude' regime van 90/70/20 afgeweken werd. Ook de waarden 80/60/20, 90/50/20, 70/55/20 en 55/45/20 werden gebruikt. Omdat er geen eenduidig regime meer was, moest er bijna per definitie omgerekend worden. Mede daarom is gekozen voor de daadwerkelijke normtemperatuur 75/65/20.
Dit betekent natuurlijk niet, dat alle installaties conform deze normtemperatuur ontworpen moeten worden. Met de nieuwe normtemperatuur 75/65/20 sluiten Belgik, Nederland en Luxemburg zich aan bij de internationale afspraken en komt er uniformiteit in de publicatie van de afgiftecijfers door de fabrikanten. Overigens gaan ook de toonaangevende fabrikanten van design radiatoren en convectoren het nieuwe temperatuurregime gebruiken.

De nieuwe Europese norm maakt een eind aan de onderlinge verschillen in de meting van de warmte-afgifte. Door in heel Europa een uniforme meetmethode voor het vermogen van verwarmingslichamen te gebruiken, gelden binnen de productcategorie dezelfde meetwaarden en is een goede, onderlinge vergelijking van de verschillende verwarmingslichamen mogelijk. Technische handelsbelemmeringen vallen daardoor weg en eerlijke concurrentie in Europees verband is gewaarborgd.
Centrale verwarmingsinstallaties vallen binnenkort bovendien onder de Europese richtlijn voor Bouwproducten. De fabrikanten van radiatoren en convectoren zijn straks verplicht om ervoor te zorgen dat hun producten aan deze richtlijn voldoen. Dat kunnen ze realiseren door gebruik te maken van de nieuwe EN442, want daarnaar verwijst de richtlijn Bouwproducten. De producten, die aan de norm voldoen, mogen voorzien worden van een CE-markering, zodat de consument weet, dat de betreffende verwarmingslichamen aan de Europese eisen voldoen.
 

Xr8

  • #10
Voordeel bij lagere temperaturen, een HR ketel levert dan een wat hoger nominaal vermogen, ook dit werkt alleen maar in uw voordeel.

Zoals boven al aangegeven als u alles in de zelfde waarde overdimensioneert dan gaat het goed werken, heb dit thuis ook zo gedaan, als het eenmaal warm is dan stookt de ketel met water van hooguit 40 graden.

Let alleen op met design radiatoren, deze werken een stuk minder op lage temperaturen. Een extra grote nemen of een paneel radiator kiezen in dit geval.

Succes.
 

Fiesiekus

  • #11
De vragensteller had 't over bijv. 10% verschil. Omdat (1.1)^1.3 ongeveer 1.13 is noem ik dat redelijkl lineair.
 

Chathanky

  • #12
Ja sorrie ik ben niet zo snel op kerstavond Fiesiekus. :mrgreen:

Wel vermeldingswaardig dat het niet lineair is voordat een andere geinteresseerde denkt dat het met 50% ook op gaat. :wink:

Ps. het is 0,9^1,3 :mrgreen:
 

Gerrit.

  • #13
Mensen bedankt, ik ga het forum steeds leuker vinden. Leer ik nog eens wat. :idea:
 

Gerrit.

  • #14
Chathanky: nog even voor de zekerheid.
Als ik in de lijst voor radiatoren kijk wordt het vermogen opgegeven bij 90/70-20 gr.
Onze slaapkamer is b.v. 30 m\3, volgens de lijst kan ik rekenen met 60W per m\3 dus 1800W
Nu wil ik geen water-omgevingstemperatuur van 90/70-20 gr. maar 50/40-18 gr. hebben.
De opgegeven delta is 60 de gewenste delta is 27.
Als ik dit terugreken wordt het volgens mij 60:27: 1,3X 1800= 3076W.
Uit de lijst moet ik dan een radiator zoeken van 3076W.
Heb ik het begrepen??? of maak ik nog een fout???
 

Fiesiekus

  • #15
(27/60)^1.3 = 0.35 Dat is de factor waarmee het radiatorvermogen daalt als je die lagere T kiest. De nominale radiatorvermogen wordt dus 1800/0.35 = 5140 Watt.

Zou je van een lineair verloop zijn uitgegaan dan zou je uitkomen op: (60/27)*1800 = 4000 Watt.
 

Chathanky

  • #16
Rond de 5000 watt zou moeten voldoen.
Bedankt voor het voorrekenen Fiesiekus. :wink:
 

Fiesiekus

  • #17
5 kW op een slaapkamer....pffff....ik ga nu al zweten.. :oops:
 

Chathanky

  • #18
1800 watt met verlaagd regime fiesiekus, als je hem uitzet 0. :mrgreen:
 

Fiesiekus

  • #19
Snap ik, maar bij het opstarten kan de CV-water temp. wel eens een stuk hoger oplopen...nou ja met thermostaatkranen is snel geknepen.
 

Chathanky

  • #20
Nee toch, je past de keteltemperatuur toch aan op max 50 graden.
 
Status
Niet open voor verdere reacties.

Login

Je wachtwoord vergeten?
Nog niet geregistreerd? Registreer nu