Beste Fiesiekus,
Het "lijkt" dus wel zo te zijn dat je ze niet alleen door elkaar haalt (overstorten/expansievaten), maar ook de natuurkundige achtergrond er niet in mee gekregen hebt.
Voor jou en vooral de topicstarter de uitleg:
Een overstort dient in principe om een teveel aan drukopbouw, door wel warmte produktie van de ketel zonder afname van het systeem, op een gepaste manier af te voeren.
Natuurkundig gezien (best wel handig voor een een echte fysicus) zet het nu eenmaal meer zoden aan de dijk om de door de overproduktie van warmte geproduceerde stoom af te blazen. Een liter water omgevormd tot stoom verwijderd meer warmte dan een liter water als vloeistof. Zo blijft er meer water in het systeem over om de ketel 'gekoeld' te houden.
Dus vandaar de overstort in principe altijd in de aanvoerlieding, kort na de ketel.
Waar de overstort als veiligheidsmaatregel bedoeld is, is het expansievat bedoeld als compensatie voor het normale bedrijf bij het opvangen van uitzeten en krimpen van de hoeveelheid systeemwater. Het vat is dus niet bedoeld als warmteuitstralend element. Vandaar dat dit onderdeel aangesloten wordt op dat leidingdeel wat als laatste onderhevig is aan verhitting; i.q. in de retour, ergens voor de ketel.
Dit heeft tevens als voordeel dat de delta T t.o.v. het rubberen membraam zo beperkt mogelijk blijft, hetgeen de standtijd aanmerkelijk verbeterd.
Groet, Cp
(ps Jan, Is er hier ook nog een onderscheid tussen bouw/hout vs. installatietechniek?)