Elk materiaal heeft een eigen energie inhoud per graad Kelvin
Dit houd in dat je een bepaalde hoeveelheid energie nodig hebt om dat materiaal 1 graad te laten stijgen.
Als jij water naar stoom omzet kan je daarmee een turbine aandrijven.
Als je alleen het water maar max 40 graden kan krijgen heb je aan een turbine niets en zal je een andere methode moeten verzinnen om de warmte om te zetten naar elektrische energie(stirlingmotor,peltier)
Daarbij komt dan nog dat warmte de laagste energie vorm is en elektrisch bijna de hoogste.
En omzetten van laag naar hoog minder rendabel is dan van hoog naar laag.
Dus 100% warmte wekt maximaal 40% elektrisch op, omgekeerd is 100%elektrisch 100%om te zetten in warmte.
https://enon.nl/vermogen-berekenen/#rekenvoorbeeld
Hier zie je dat water een hoge energie waarde heeft en dus heeft water veel energie nodig om warm te worden, en geeft het veel energie af als het afkoelt.
Alcohol heeft een veel lagere energie nodig om wat te worden, maar geeft dus ook minder af.
Als je nu een stof laat verdampen en elders kan laten condenseren kan je een drukverschil maken en daarmee iets aandrijven. Dit principe gebruiken ze in energiecentrales waarbij het water door een bron word verwarmt(gas/kolen/biomassa/zon) tot stoom, vervolgens gaat dit door een turbine en dan naar een condensor en weer terug naar de boiler.
