Het is van belang dat installatie goed op druk staat en er geen lucht in het systeem aanwezig is!
Code 4 heeft te maken dat er een te hoge temperatuur of een te grote afwijking heeft plaatsgevonden tussen de sensoren.
Wil nog wel eens gebeuren dat de waardes tussen de aanvoer en de safetysensor en te grote afwijking gaan krijgen, toestel valt dan in storing.
4 C Zekering F2 is defect.
Branderthermostaat is te warm geworden.
De aanvoertemperatuur is te hoog. 12/21/22/51
4 F De temperatuur van de safetysensor is hoger dan 101 ºC. 10/13/15
/16/55
4 L De safetysensor is kortgesloten. 8/13/23
4 P De safetysensor maakt geen contact. 8/13/24
4 U De aanvoersensor is kortgesloten. 8/14/23
4 Y De aanvoersensor maakt geen contact. 8/14/24
8 De sensor is defect. Meet de weerstand van de sensor door
(zie paragraaf 5.5).
10 Er is te veel weerstand in het cv-circuit:
- bijvoorbeeld dicht gezette (thermostatische) radiatorventielen.
- er is verstopping door vervuiling.
- de bypass is foutief geïnstalleerd of ingesteld.
12 Te veel radiatoren dicht, draai meer radiatoren open.
Bypass is te dicht bij de ketel geplaatst, plaats bypass op minimaal 6
meter van de ketel.
Ketelvermogen van het toestel is te groot voor de installatie, vermogen
van de ketel aanpassen.
13 De safetysensor is mogelijk defect of verlopen. Meet de weerstand
van de safetysensor door
(zie paragraaf 5.5). Controleer de sensor door tijdelijk een andere
sensor aan te sluiten.
14 De aanvoersensor en/of retoursensor defect, verlopen, vervuild.
Meet de weerstand van de aanvoersensor
door (zie paragraaf 5.5). Controleer de sensor door tijdelijk een
andere sensor aan te sluiten.
15 De pomp krijgt geen spanning, er is een los contact in de
pompaansluitdraden.
De stekker is niet goed in de UBA gemonteerd.
De pomp zit vast.
De pomp is defect. Vervang de pomp.
16 Het waterniveau in het cv-circuit is te laag door lekkage of lucht in de
installatie.
Controleer de druk met de drukmeter, eventueel bijvullen tot 2 bar.
Draai de luchtafscheider één slag open (mits die dicht zat).
23 Mogelijk is er een sluiting in het sensorcircuit. Neem connector van
sensor los. Druk op reset tot
"r" op display verschijnt. Bij dezelfde storingscode is er in de
kabelboom sluiting of is de UBA
defect. Is dit niet het geval, dan is de sensor defect. Meet de
weerstand van de sensor door (zie paragraaf 5.5).
24 Mogelijk is er een onderbreking in het sensorcircuit. Neem connector
van sensor los. Maak een
doorverbinding in de bekabeling naar de UBA. Druk op reset tot "r"
op display verschijnt.
Bij dezelfde storingscode is er een onderbreking in de kabelboom of
is de UBA defect. Is dit niet
het geval, dan is de sensor defect. Meet de weerstand van de sensor
door. Zie paragraaf 5.5.
55 Geen bypass in de installatie aanwezig. Plaats een bypass
(zie paragraaf 1.3.1)