Als de lucht binnen vochtiger of warmer is dan buiten, dan kan het samen.
Als het buiten vochtiger of warmer is, dan niet.
Enige uitleg:
Hoeveel vocht er in de lucht zit en opzichte van wat er in kan zitten, is de relatieve vochtigheid (in procent). Er zijn metertjes en weerstations die dit meten.
Hoeveel vocht er in de lucht kan zitten, hangt af van de temperatuur. Warme lucht kan veel meer vocht bevatten dan koude lucht. Verwarmen helpt dus: de vochtigheid van de lucht daalt en de muren of andere dingen in de ruimte raken vocht kwijt aan de warmere, in procenten minder vochtige lucht.
Als je vochtige, warme lucht afkoelt, dan kan die minder vocht bevatten. Op de koudste plekken komt de vochtigheid boven de 100% en daar ontstaat condens. In een te vochtig huis zie je dat aan slecht geisoleerde muren en ramen, maar nooit op een werkende verwarming. Binnen in een koelkast zie je meestal nattigheid op de koude achterkant.
Verwarmen van een te vochtige potdichte ruimte helpt dus alleen zo lang je alles steeds warmer maakt. Dit gaat niet en je zult de lucht moeten verversen met lucht van buiten, die bij dezelfde temperatuur minder vochtig is.
Een ontvochtiger heeft een koelmachine: het koelt lucht af en daardoor condenseert er vocht zoals hierboven is uitgelegd. Het condenswater komt in een opvangbak of afvoer en is dan dus uit de lucht. De warmte wordt vervolgens weer aan de koude, droge binnenlucht afgegeven bij een 'losse' ontvochtiger, of wordt naar buiten afgevoerd bij een airconditioner.
Dus alleen als het buiten broeierig warm is en het is binnen minder warm, dan helpt ventileren niet of nauwelijks; is het droog of koud buiten dan helpt ventileren zeker, zelfs als je een ontvochtiger gebruikt.
Ik hoop je met deze uitleg wat wijzer te maken.