Een witte verf is wellicht nog niet met aanvullende pigmenten gekleurd, maar toch een van de moeilijkste opgaven voor een verffabrikant.
Moderne verfmengsystemen gaan ook in tegenstelling tot wat veel mensen denken, lang niet altijd uit van een witte "basisverf".
De basisverf bestaat ruwweg uit bindmiddelen, vulmiddelen en pigmenten.
Daar komen voor sommige verfsoorten nog oplosmiddelen, vloeimiddelen, droogmiddelen en dispersiemiddelen bij.
De kleur en de dekking moet komen van de pigmenten, maar bij veel goedkopere verven is een groot deel van die taak weggelegd voor de vulstoffen, omdat die ook een basiskleur hebben.
Om een zuiver witte basisverf te krijgen, moet er dus een zuiver wit pigment gebruikt worden, of een combinatie van vulmiddelen/pigmenten die dat zuiver wit zo goed mogelijk benaderd.
Een bijzonder nuttig pigment is titaanwit, dat naast vrijwel wit, ook zeer goed dekkend is. Het is echter wel duur, en wordt in goedkopere verven vaak voor een groot gedeelte vervangen door krijt, een goedkoop vulmiddel. Vroeger werd loodwit gebruikt, maar door de hoge giftigheid is dat al heel lang niet meer toegestaan. Een ander wit pigment dat nog wel gebruikt wordt is zinkwit - dat is zelfs nog witter dan titaanwit ( dat een heel lichte warmgele gloed heeft ) maar is nauwelijks dekkend.
Goedkopere verven maken vaak gebruik van een licht blauwzweem om "witter" te lijken - onwillekeurig associeren we blauw met koel,helder.
Het kan ook helpen om de lichte geeltint die veel bindmiddelen van zichzelf hebben te compenseren. Dat gaat overigens wel altijd enigszins ten koste van de helderheid.
"Optische witmiddelen" in wasmiddelen maken ook gebruik van dit effect - het zijn feitelijk héél kleine blauwe pigmentdeeltjes, waardoor de witte delen "helderder" lijken.
Vandaar dat we een zuiver wit vaak als iets geliger en warmer ervaren dan een "koele" witte kleur.
Sorry, lang verhaal weer....
vr. gr.
Job