De impact van een kapotte aardlekschakelaar hangt ook af van de kwaliteit van de aarding. Men heeft ooit bedacht dat de aardverspreidingsweerstand maximaal 166 ohm mag zijn wanneer alle eindgroepen zijn beveiligd met een 30mA aardlekschakelaar, maar 166 ohm is eigenlijk best wel hoog. Wanneer je in zo'n situatie een volle kortsluiting maakt tussen fase en aarde loop er een foutstroom van slechts 230/166=1,4A en dat is natuurlijk bij lange na niet genoeg om een 16A veiligheid te laten uitschakelen.
Kortom daar zijn de aardlekschakelaars echt levensbelangrijk! Mocht de aardlekschakelaar falen dan blijft er oneindig lang 1,4A lopen. Nog veel erger: de spanning op de aardleidingen zal op zo'n moment ook bijna 230V zijn ten opzichte van "aarde". Deze gevaarlijke spanning staat dan op alles wat met een aardleiding of vereffeningsleiding is verbonden, dus ook toestellen achter andere eindgroepen / aardlekschakelaars, vereffende metalen delen zoals gas- en waterleidingen, etc! Zo'n scenario moet je niet aan denken.
Bij een betere aarding zal bij sluiting naar aarde (uiteindelijk) ook de installatieautomaat of zekering afschakelen, dan loopt het beter af. De aardlekschakelaar heeft in zo'n geval alleen een functie als aanvullende beveiliging tegen directe aanraking. Ook nuttig natuurlijk maar het is een net wat minder cruciale functie.
Er is nog een extra reden om de aardlekschakelaars regelmatig te testen: het voorkomt dat ze vast gaan zitten. Het blijft natuurlijk een component met een hoop mechanische onderdelen (veertjes, palletjes, etc.), wanneer dit langere tijd niet gebruikt wordt kan het mechaniek vast gaan zitten. De aardlekschakelaar regelmatig testen zorgt er voor dat alles ook regelmatig even beweegt en dat het gangbaar blijft. Een aardlekschakelaar die regelmatig wordt getest heeft wellicht een langere levensduur dan een component waarvan de schakelaar 20 jaar lang op "aan" staat.